Blogs staan vol met verschillende diëten, voedingsadviezen en trainingstips. Maar hoe weet je nou wat er wel en niet klopt? Wel wij zetten hieronder alvast 9 mythes over voeding, supplementen en training op en rij.
Mythe 1: Vet eten maakt je vet
Lijkt logisch, toch? Als je veel vet eet, krijg je veel vet. Maar dat is niet helemaal juist. Het is niet omdat je vet gegeten hebt, dat het in je lichaam wordt opgeslagen als vet. Vet (met mate) is een onderdeel van een gebalanceerd en gezond dieet. Maar er zijn wel verschillende soorten vet. Zorg ervoor dat je kiest voor de zogenaamde ‘goede’ vetten, zoals bijvoorbeeld voedingsvetten in avocado’s, noten en zaden. Deze zullen helpen om je een vol gevoel te geven en zijn bovendien een bron van vitaminen en mineralen.
Wanneer kom je dan wel bij? Wanneer je meer calorieën inneemt dan je opgebruikt, komt er gewicht bij.
Mythe 2: Koolhydraten maken dik
Dus als we niet dik worden van vet, dan worden we toch wel zeker dik van koolhydraten? Toch niet! Hier werkt hetzelfde concept als bij de vetten. Een goede gezonde balans is de oplossing! Om dik te worden van koolhydraten, moet je ze combineren met een gebrek aan lichaamsbeweging en een slecht eetpatroon. De problematische koolhydraten zijn degene die geraffineerd en zeer verwerkt zijn en/of weinig voedingswaarde hebben zoals een kaneelbroodje of een zakje friet. Een appel is ook rijk aan koolhydraten, maar kan niet vergeleken worden met een zakje friet. Dus, je hoeft koolhydraten niet te vermijden, maar kies voor goede, natuurlijke koolhydraten.
Mythe 3: Specifieke oefeningen helpen vet verbranden op specifieke plaatsen
We hebben allemaal de artikels al gelezen: raak van al je buikvet af door enkel sit-ups te doen. Helaas kan het niet om op specifieke plaatsen vet te verliezen door dat lichaamsdeel te trainen. Begrijp ons niet verkeerd, sit-ups zijn goede oefeningen aangezien ze je buikspieren versterken. Maar je gaat er niet enkel op die plaats vet door verbranden. Dit komt omdat vet verliezen (of bijkomen) over het hele lichaam gebeurt. Waar het vet bijkomt of weggaat heeft meer met elk individu zijn/haar unieke lichaam te maken dan met een specifieke oefening.
Mythe 4: De weegschaal is een goed instrument om je vetverlies bij te houden
Je bent op dieet, je sport regelmatig en je wilt je vooruitgang bijhouden. Dat doe je door op de weegschaal te gaan staan. Of niet? Wel, je gewicht kan eigenlijk heel misleidend zijn. Het lichaam is van meer gemaakt dan vet alleen, zoals water en spieren. Wanneer je 1 kg verliest kan dat ook betekenen dat je water bent kwijtgeraakt. En als je bijkomt, wilt dit misschien zeggen dat je meer spiermassa hebt gekweekt in de sportschool. Vertrouw dus niet blind op de weegschaal, en onthoud dat er ook andere factoren meespelen zoals spiermassa.
Mythe 5: Het is beter om vele kleine maaltijden te eten dan enkele grote om je metabolisme te stimuleren
Er wordt vaak beweerd dat je beter vaker weinig eet, dan enkele grote maaltijden per dag, dit om je metabolisme hoog te houden. Maar 2-3 maaltijden per dag eten heeft exact hetzelfde effect op het aantal calorieën dat je verbrandt dan 5-6 kleine maaltijden. Vaak eten heeft voor sommigen misschien een voordeel, zoals honger tegengaan, maar het is niet correct om te zeggen dat het aantal calorieën dat we verbruiken beïnvloedt.
Mythe 6: Proteïne haalt Calcium uit de botten en verhoogt het risico op osteoporose
Velen geloven dat proteïne (eiwitten) eten ervoor zorgt dat de zuurtegraad in het bloed stijgt en calcium uit de botten haalt, wat leidt tot osteoporose. Hoewel het klopt dat een hoge eiwitinname op korte termijn calciumuitscheiding verhoogt, blijft dit effect niet op lange termijn. In feite is het zo dat proteïne uit voeding gelinkt wordt aan de groei en het onderhoud van de ontwikkeling en algemene gezondheid van botten. Er wordt zelfs gezegd dat deze proteïne het risico op osteoporose en breuken op oude leeftijd kan helpen verminderen.
Mythe 7: Voeding opwarmen in de magnetron vermindert de voedingswaarden
De term ‘straling’ schrikt mensen af. En er wordt nog door velen geloofd dat voeding in de magnetron bereiden slecht is voor onze gezondheid. Hoewel de energiegolven die een magnetron gebruikt om voeding te bereiden gelijkaardig is aan sommige meer gevaarlijk stralen, zijn ze ook veel, veel korter. Bovendien richten ze zich op bepaalde moleculen, zoals water. De energie uit die golven zorgt ervoor dat de moleculen trillen en zo warmte genereren en het eten koken. De Harvard Medical School wijst erop dat het gebruik van een magnetron om voedsel te koken eigenlijk nuttig kan zijn omdat de kooktijden korter zijn en er minder water nodig is. Zo behoudt voedsel, zoals bijvoorbeeld broccoli, meer voedingswaarde dan bij het gewone koken in water.
Mythe 8: Iedereen kan alle nodige voedingsstoffen uit voeding alleen halen
Experten zeggen dat voeding de beste manier is om voedingsstoffen binnen te krijgen. Maar het is niet altijd mogelijk om alles wat je nodig hebt via voeding op te nemen. Zelfs met planning, geduld en kennis van micronutriënten.
Een voorbeeld. Wanneer je een strikt veganistisch dieet volgt, loop je het risico om een vitamine b12 – veel voorkomend in dierlijke voeding- te kort krijgen. Voor vegans en vegetariërs, of voor oudere mensen die de vitamine moeilijker opnemen, kan een vitamine B12 supplement heel handig zijn.
Mythe 9: Creatine is gevaarlijk
Dit is een theorie die afkomstig is van de Franse krant L’Equipe. De krant suggereerde dat creatine schadelijk is voor de nieren, hoewel er geen enkele gedocumenteerde gevallen zijn die eventuele bijwerkingen aantonen van het nemen van creatine (afgezien van gewichtstoename).
De bezorgdheid over de nierfunctie is afkomstig van de toename van de creatinine-niveaus wanneer je supplementeert met creatine. Onderzoek heeft echter aangetoond dat de meeste atleten al verhoogde creatinine-niveaus hebben door de intensiteit van hun training, zonder verband met de nierfunctie. En nog belangrijker, wanneer je stopt met het nemen van creatine, dienen de creatinine-niveaus terug normaal te worden.